De afgelopen decennia hebben we Mario het al tientallen keren zien opnemen tegen zijn grote aartsrivaal Bowser. Je zou daardoor bijna vergeten dat dit niet zijn oorspronkelijke vijand was en dat Mario vroeger onder de naam Jumpman debuteerde in de game van zijn oorspronkelijke vijand Donkey Kong.
De game Mario vs. Donkey Kong die in 2004 verscheen voor de Game Boy Advance bracht deze rivaliteit na een lange afwezigheid weer terug. Het was een puzzelplatformgame die positief werd onthaald door fans en critici. In de jaren die volgden kreeg deze franchise velen vervolgdelen op de DS de 3DS en de Wii U. Toch dateert de laatste originele Mario vs. Donkey Kong alweer uit 2015. Nintendo vond het daarom hoog tijd worden om deze puzzelplatform-franchise weer nieuw leven in te blazen met een remake van de eerste Mario vs. Donkey Kong. Maar is Mario vs. Donkey Kong nog steeds leuk en relevant anno 2024? Of had Nintendo hun Mini-Mario-speelgoed beter bij de kringloop kunnen laten?
Speelgoed verzamelen
De game begint met een cutscene waarin we zien hoe Donkey Kong allemaal zogenaamde Mini-Mario-speelgoedrobots steelt uit de Mini-Mario-fabriek, nadat deze in de winkels zijn uitverkocht. Aan jou de taak om deze beruchte speelgoeddief te stoppen en alle Mini-Mario’s te verzamelen en terug te brengen. Het verhaal is daarmee lekker simpel en bevat net zoveel diepgang als dat van de gemiddelde platformgame van Mario.
Een eenvoudige opzet
Deze simpele opzet is ook terug te vinden in de levels zelf. Als Mario loop en spring je in 2D door allerlei korte puzzellevels. De basisgame bevat acht werelden met ook steeds acht levels. Hiervan hebben de eerste zes basislevels steeds twee gedeeltes. In het eerste gedeelte moet je een deur openen met een sleutel en in het tweede gedeelte moet je de Mini-Mario verzamelen. Naast deze basislevels bevat iedere wereld ook een eindbaasgevecht tegen Donkey Kong en een level waarin je de verzamelde Mini Mario’s naar het eind moet begeleiden. De traditionele levels bevatten naast leveleindes ook steeds drie cadeautjes die je moet verzamelen. Dit zijn optionele collectibles die de gevorderde speler een extra uitdaging bieden tijdens het doorlopen van de levels.
De kracht van de game zit hem in zijn simpele opzet. Mario heeft namelijk een beperkt aantal moves. Zoals gewoonlijk kan hij lopen, springen en bukken. In deze game kan hij daarnaast ook nog een handstand doen en via deze move nog twee extra sprongen maken. Deze handstandsprongen ga je zeker in de latere levels hard nodig hebben. Doordat Mario zo weinig moves heeft is de game qua controls heel eenvoudig te leren en makkelijk op te pakken voor mensen met weinig ervaring met Mario-games. De levels zelf zijn daarnaast allemaal heel kort je kunt ze soms in minder dan twee minuten uitspelen. Dit maakt de game ideaal om bijvoorbeeld tussendoor in het OV te spelen of tijdens de pauze op werk.
Unieke werelden
Dat de game qua opzet eenvoudig is betekent echter niet dat de game altijd makkelijk is. Hoewel de puzzels in de basis game grotendeels makkelijk zijn, heb ik in de postgame soms wel even vastgezeten. De puzzels in de game variëren van het gebruiken van vijanden als platformen tot het omzetten van schakelaars van lopende banden of gekleurde blokken. Iedere wereld bevat een puzzel- of platform-gimmick die binnen de levels regelmatig terugkomt. Dit zorgt ervoor dat de werelden allemaal hun eigen identiteit hebben en de game fris blijft aanvoelen.
Lopende band
De gimmicks binnen de werelden komen echter ook met een paar nadelen. Soms bevat een bepaalde wereld een gameplay-mechaniek die je wellicht minder leuk en interessant vindt. Deze wordt dan zes keer herhaald, waardoor je tijdelijk iets minder plezier uit de levels haalt. Ook haalt dit het verrassingseffect van de levels weg en kunnen ze soms wat voorspelbaar worden. Hierdoor voelt het vierde level in een bepaalde wereld soms hetzelfde aan als het eerste. Zo was er een wereld die de eerder genoemde lopende band puzzels voor mijn gevoel net iets te vaak herhaalden. Je zou kunnen zeggen dat het bijna lopende band werk werd. Maar gelukkig zitten er ook genoeg werelden in met leuke en meer verrassende puzzels of waarbinnen ze meer functies verzinnen voor een gimmick.
Mini-Mario’s en eindbaasgevechten
Na het voltooien van ieder traditioneel level in de basisgame ontgrendel je een Mini-Mario-level en een daaropvolgend een eindbaasgevecht tegen Donkey Kong. De Mini-Mario-levels zijn allemaal vrij kort. Je moet hierin steeds de letters T, O en Y verzamelen, waarna er een schatkist opent. Hier moet je alle Mini-Mario’s vervolgens heen loodsen. De uitdaging zit hem in het feit dat de Mini-Mario’s altijd achter je aan lopen, maar niet kunnen klimmen. Hierdoor moet je regelmatig objecten zoals prullenbakken naar beneden gooien zodat ze deze kunnen gebruiken om omhoog te komen. Iedere keer als een vijand een Mini-Mario raakt ben je deze kwijt en jouw prestaties bij deze levels bepalen hoeveel levens jij hebt tijdens het eindbaasgevecht.
Je begint met zes Mini-Mario’s en voor iedere keer dat je geraakt wordt heb je een leven minder. Het is gelukkig zo dat de eindbaasgevechten met Donkey Kong nooit heel moeilijk worden. Het komt erop neer dat je steeds een ton op zijn hoofd moet gooien. De weg hiernaartoe is echter steeds anders. Ook hierin worden de gimmicks van de werelden meegenomen. Waaronder de gekleurde blokken, lopende banden of een glad terrein. De Mini Mario levels en eindbazen zijn niet de ster van de show maar bieden wel een welkome en vermakelijke afwisseling met de traditionele levels.
Casual of classic
Deze remake van Mario vs. Donkey Kong bevat twee verschillende moeilijkheidsgraden: casual en classic. Casual is zoals de naam doet vermoeden de spelmodus die de game iets makkelijker maakt. In deze modus kun je vijf keer geraakt worden door vijanden en heb je checkpoints. Ook heb je onbeperkte tijd om de levels te spelen. Ik heb deze modus tijdens mijn speelsessie weinig aangeraakt. Ik ging er vanuit dat de game wel redelijk makkelijk ging zijn en heb hem daarom meteen op classic gezet. In de classic modus kun je net als de originele game maar één keer geraakt worden door vijanden. Ook heb je geen extra checkpoints. Hoewel de eerste acht basiswerelden in deze modus prima te doen zijn worden de bonuswerelden wel vrij pittig.
Later in de game vragen ze je soms om heel precies te platformen, waarbij het kleinste stapje naar links of rechts al de dood kan betekenen. Of krijgen de levels een vrij complexe constructie. Je moet dan goed letten op alle gekleurde blokken die je tegenkomt, want als je op één knop drukt verschijnen alle blokken binnen die kleur, maar gaan alle andere weg. Het is heel makkelijk om jezelf hiermee te dwarsbomen door vroegtijdig in een level op een knop te drukken waarmee je een later gedeelte per ongeluk moeilijker hebt gemaakt. Je krijgt op classic vaak beperkte tijd om deze puzzels op te lossen waardoor een poging om alle cadeautjes te verzamelen en bij het eind te komen krap aan wordt.
In deze levels kan de casual modus een mooie uitkomst zijn voor mensen die niet door deze ellende heen willen gaan. Ik zou je zelfs bijna aan kunnen raden om hier halverwege de bonuswerelden naar toe te switchen. In mijn optiek maakte het de game zeker in de postgame veel gebruiksvriendelijker.
Repetitie
De voldoening in Mario vs. Donkey Kong zit hem namelijk in het doorlopen van de levels en het oplossen van de puzzels. Een stressend tijdsklokje maakt het daardoor niet per se leuker. Hiernaast probeert Mario vs. Donkey Kong in de postgame soms meer op een traditionele 2D Mario-platformer te lijken dan een puzzelgame. Aangezien je steeds maar één keer geraakt kan worden is de game daardoor een stuk moeilijker dan de gemiddelde (moderne) 2D Mario-platformer. Ik geloof dat ik zelfs vaker dood ben gegaan in de expertlevels van Mario vs. Donkey Kong dan in heel Super Mario Bros. Wonder.
Het feit dat je op classic zo kwetsbaar bent resulteert in het herhaaldelijk opnieuw spelen van vrij korte levels. Je moet dan ook steeds alle cadeautjes weer opnieuw verzamelen en hoort het begin deuntje van voor af aan. Uiteindelijk probeer je zo om bij het punt aan te komen waar het de vorige keer misging. Je hoopt dan dat het dit keer wel goed gaat, want anders begint het riedeltje weer van voor af aan. De repetitie die dit teweegbrengt kan soms frustrerend zijn en je concentratie doen afnemen. Hierdoor ga je soms wel vaker dood dan nodig. Die checkpoints en extra levens kunnen dan heel goed van pas komen.
Pixel precies platformen
Het feit dat Mario vs. Donkey Kong in de postgame soms meer op een 2D-platformer begint te lijken dan op een puzzelplatformgame komt de game niet ten goede. De charme van het uitzoeken van de juiste route en het omzetten van de schakelaars op het goede moment verdwijnt daarin soms wat meer naar de achtergrond om plaats te maken voor pixel precieze platformsprongen.
Eerder in deze review beschreef ik dat de kracht van de game hem zit in zijn simpele opzet en dat het gebrek aan veel moves en ingewikkelde controls ervoor zorgt dat de game makkelijk op te pakken is. Maar in deze levels voelt dit helaas als een beperking. Door het gebrek aan een renknop moet je soms heel precies op het absolute uiteinde van een bepaald platform springen om het begin van de volgende te kunnen halen. Dit gaat soms echt tot op de laatste pixel. In tegenstelling tot de 2D Mario-platformers kun je hier geen goede aanloop maken en voelt het wel of niet halen van een sprong daardoor soms meer als geluk dan als vaardigheid.
De eerder genoemde precisie vind je ook terug in de levels waarbij je een Mini-Mario moet begeleiden, het kleinste stapje naar links of rechts kan een grote sprong van de Mini-Mario teweegbrengen, die weer kan leiden tot de dood. Gelukkig bestaat Mario vs. Donkey Kong voor het grootste deel uit levels die zowel puzzel- als platform-mechanics combineren tot een mooie fusie van de twee en de uitdaging hem meer zit in het puzzelen en het analyseren van de levels dan in het precieze springwerk. Want dit laatste komt in deze game helaas niet zo sterk uit de verf.
Een nieuw likje verf
Over verf gesproken. De werelden in Mario vs. Donkey Kong zijn op een prachtige manier opnieuw ontworpen. Vooral de achtergronden hebben erg geprofiteerd van dit nieuwe likje verf. Waar de werelden in de Game Boy Advance-versie grotendeels bestonden uit een handjevol felle kleuren en minimale details, zijn deze nu uitgegroeid tot bijvoorbeeld een gedetailleerde jungle met bomen, lianen en bladeren of een grot met gaten en een vulkaan op de achtergrond.
Ook Mario zelf en zijn vijanden zijn er qua details op vooruit gegaan. Ze lijken nu veel meer op de personages die we kennen uit de moderne Mario-games. De grootste verbetering is zichtbaar in de cutscenes van de game. Waar deze op de Game Boy Advance nog bestonden uit grafische plaatjes die elkaar opvolgden, zijn het nu volledig geanimeerde cutscenes geworden. Er zitten helaas weinig cutscenes in de game, maar de aanwezige zijn leuk en humoristisch in beeld gebracht.
Nieuwe werelden
Buiten de verbeterde graphics en de casual modus voegt deze remake van Mario vs. Donkey Kong ook nog twee extra werelden toe. Dit zijn Slippery Summit en Merry Mini-Land. Slippery Summit is zoals je verwacht een ijswereld waarin je zoals gewoonlijk kunt uitglijden. De levels in deze wereld zijn niet heel anders dan dat we ze gewend zijn van de meeste ijslevels, maar deze wereld bevat wel veruit de mooiste muziek in de hele game. Hierdoor werd het al vrij snel één van mijn favoriete werelden.
De andere wereld Mery Mini-land is een groot pretpark. Deze is qua leveldesign iets creatiever. Hier moet je vaak de bloemen in het level laten waaien om jezelf en bepaalde objecten naar de goede plek te sturen. Deze twee werelden komen twee keer terug. Ze verschijnen zowel in de basisgame als in de postgame. Ook voegt de game nog 4 extra expert levels toe. Bij elkaar zijn dat in totaal 34 extra levels aan de al 96 levels uit het origineel. Dit komt uiteindelijk neer op een totaal van 130 verschillende levels.
Meer ziel meer vreugd
Tot slot hebben ze ook nog een lokale coöpstand aan de game toegevoegd. Bij gebrek aan broertjes, zusjes of een gamende huisgenoot heb ik deze helaas niet kunnen testen. Op basis van wat ik op internet heb gezien kan ik concluderen dat dit een hele goede toevoeging is. In de coöpstand speelt de tweede speler als Toad en moet je in de eerste helft van elk level een extra sleutel verzamelen om verder te gaan. Dit zorgt voor een extra dynamiek die de levels meer replayvalue geven. Mocht jij dus een partner of kind in huis hebben die veel van games houdt, dan nodigt dit misschien zelfs een tweede playthrough uit.
Prijs-contentverhouding
Mario vs. Donkey Kong is inhoudelijk gezien een prima game. Alleen is het prijskaartje dat hier aan hangt wel een beetje aan de hoge kant. De game heeft namelijk een adviesprijs van €49,99 en je kunt de basis game in vier tot vijf uur in classic modus uitspelen. Als je echt alles uit de game wilt halen, dan ben je er tussen de twaalf en de vijftien uur mee bezig. Dat is hoelang ik er over heb gedaan om alle levels inclusief de postgame 100% uit te spelen.
Maar als je de hele game op casual speelt, kun je deze tijd denk ik bijna halveren. Ik vind het een heel mooi gebaar dat er in dit jaar, waarin alle games een live service moeten hebben met honderden uren aan content er nog steeds ruimte is voor deze kleinere titels maar in mijn optiek was 30 euro dan wel een passendere prijs geweest.
Ideale game voor tussendoor
Hoewel ik in bovenstaande alinea’s hier en daar wat kritische noten heb gekraakt over mijn ervaring met Mario vs. Donkey Kong, ben ik over de gehele linie vrij tevreden met de game. De opzet van de game is erg simpel en lekker toegankelijk voor wat jongere en beginnende gamers. De graphics hebben ze goed weten op te poetsen en te vertalen naar het jaar 2024. Ook weet deze remake met zijn extra werelden en spelmodi toch nog aardig wat content toe te voegen aan het origineel.
Helaas zitten er ook delen in de game die minder sterk zijn uitgewerkt, waaronder de pure platformlevels in de postgame en het veelvuldig herhalen van bepaalde puzzel mechanics. Ook is 50 euro een beetje aan de dure kant ten opzichte van de hoeveelheid speeluren die je ervoor terugkrijgt. Ondanks dat is Mario vs. Donkey een ideale game voor onderweg voor tussendoor, die ook in 2024 nog steeds relevant is.
+ Klassieke levels zijn erg mooi opgepoetst
+ Toegankelijk voor beginnende spelers
+ Ideale game voor tussendoor
+ Iedere wereld heeft een eigen identiteit
+ Coöpstand zorgt voor veel replay value
– €49,99 is veel geld voor de speelduur
– De platformuitdaging wordt soms iets te precies
– De game kan soms een beetje voorspelbaar worden
.
DN-score 7,5
Heb hier de GBA versie nog liggen en bij het zien van de filmpjes en beelden kwam alles weer vers naar boven.
In mijn geheugen was de game wel vermakelijk, maar niet super.
Deze versie sla ik over, al bieden de coop en ‘makkelijke mode’ wel een meerwaarde, maar dan zou ik eerder een Mario Wonder aanraden (en die heb ik nog niet eens gespeeld…)