Ik zal maar meteen met de deur in huis vallen, tot nu toe heb ik nog nooit een Rune Factory-game gespeeld. Ik ben ontzettend fan van Farming Sims, maar aan Rune Factory ben ik gewoon nog niet toegekomen. En misschien is dat maar goed ook. We weten inmiddels allemaal dat het aantal farming sims in de Nintendo eShop de pan uitrijst, met niet allemaal dezelfde kwaliteiten. Maar Rune Factory is één de OG’s, die het cozy sim deel combineert met meer actie. Met een andere stijl, een andere tijdsperiode en wat meer focus op het Action-RPG gedeelte deed dit nieuwe deel wel wat stof opwaaien. Tijd om er eens in te duiken dus!
Let wel, dit gaat over de review van de Switch-versie. Een review van de Switch 2-versie volgt later.

Het leven van een Earth Dancer
In Rune Factory: Guardians of Azuma volg je het verhaal van een Earth Dancer, iemand die de kracht heeft om het land, mensen en zelfs de goden nieuw leven in te blazen. Dit doen ze door middel van rituele dansen, waarvoor een heilig voorwerp zoals bijvoorbeeld een bloesemtak of een speciale trommel nodig is. De game laat je kiezen tussen twee van zulke Earth Dancers, Subaru of Kaguya. De ander wordt meteen de antagonist, waarbij een spannende cutscene laat zien dat de twee op de rug van vliegende draken elkaar aanvallen…. Waarna jij wakker wordt in een bed en het afdoet als een “vreemde nachtmerrie.”
Zoals het een typische Rune Factory-game beaamt is er echter meer aan de hand: je bent je geheugen kwijt. En je krachten. Daarnaast heeft er in het verleden iets plaatsgevonden dat de “Cosmic Collapse” wordt genoemd, een evenement waarbij alle Rune uit de wereld verdwenen is. Of dat met jou te maken heeft wordt in het midden gelaten, maar de goden van het land hebben zich hierdoor teruggetrokken. De landen gekoppeld aan die goden zijn hierdoor aan het afsterven en in verval geraakt, en worden nu geplaagd door “The Blight”. Het is aan jou om je krachten terug te vinden, de goden van dit land te doen herleven en deze Blight terug te dringen.

Twee genres in goede samenwerking
Gameplay gezien kun je de game indelen in twee gebieden. In de dorpen, en daarbuiten. In de dorpen zul je met de sim- en management aspecten bezig zijn. Denk aan het leren kennen van de inwoners, het bouwen en verzorgen van voorzieningen, en het verbeteren van je eigen spullen, equipment en al het andere dat je nodig hebt op je avontuur. Buiten de dorpen ga je op pad om monsters te bevechten, de wereld te verkennen en materialen te verzamelen. Beide hebben een even grote rol in de game, en doen niet af aan elkaar. Persoonlijk verraste me het hoe erg deze game aanvoelde als een Action RPG met management sim elementen, in plaats van ‘Harvest Moon met meer combat’ wat ik verwacht had.
Laat de dorpen weer bloeien.
Laten we beginnen met de sim- en management elementen. Je begint in Spring Valley, waar je onderdak hebt gekregen nadat je je geheugen bent kwijtgeraakt. Je krijgt echter al snel het complete dorp onder je hoede, en nadat je hebt geholpen de godin haar krachten terug te krijgen is het jouw taak om dit dorp weer te doen herleven. Vanaf dat moment is het bouwen geblazen: naast stukken land waar je gewassen kunt verbouwen en oogsten kun je huizen, blacksmiths, theehuizen, en een heleboel andere voorzieningen neerzetten.
Je kunt hiermee heerlijk creatief zijn, want alhoewel je niet overal kunt bouwen zijn er wel enorm veel opties. Tijdens het spelen vind je overal recepten en bouwtekeningen. Hiermee kun je je dorpen zo mooi maken als je wilt, want het zijn niet alleen noodzakelijke voorwerpen. Veel bouwtekeningen die je vind zijn puur decoratief. En ook deze hebben een functie. Alles wat je plaatst geeft namelijk een kleine percentage bonus, bijvoorbeeld op hoeveel geld het dorp verdiend of hoeveel hout het kan vinden.

Zelf gewassen verbouwen?
Dit komt mooi van pas tijdens het management gedeelte. In plaats van zelf te farmen of bouwmaterialen en geld te verzamelen, laat je dat in Rune Factory: Guardians of Azuma grotendeels door anderen doen. Na een tijd komen de mensen namelijk terug naar de dorpen. In ruil voor onderdak kun jij ze aan het werk zetten, waarbij elk persoon zijn eigen voor en nadelen heeft. Dit, opgeteld met de bonussen van de rest van het dorp, geeft je aan het eind van de dag een passief inkomen aan bouwmaterialen, geld, en zelfs gewassen. Jij zult zelf de plek moeten aangeven waar deze geplant kunnen worden, maar het zaaien, water geven, oogsten en zelf verkopen kun je daarna door andere laten doen.
Het is een grappige mechaniek, ook omdat het in het begin opviel dat sommige gebouwen wel erg veel materialen vroegen. Maar met dit ‘passieve inkomen’ heb ik nog nooit met te weinig gezeten. Naarmate je verder speelt krijg je daarnaast meerdere dorpen onder je hoede, waardoor je ook specifiek kunt gaan inrichten. Welke gewassen groeien het best in dit dorp (genaamd naar de seizoenen) en welke bouwmaterialen kunnen ze het best verzamelen?

Een leuke manier om personages te leren kennen.
Als laatst zou het geen sim zijn zonder sociale contacten, dus de game zit vol bontgekleurde en excentrieke personages. Deze worden vaak geïntroduceerd in een stukje verhaal, waarna je tijd met ze kunt doornemen om ze beter te leren kennen. Dit doe je door een iets uitgebreider systeem dan de meeste framing sims: naast het gewone praatje en het geven van cadeaus kun je een onderwerp uitzoeken om over te praten. Ik vond het een leuk systeem, omdat je hierbij een iets dieper idee krijgt over wat personages hun interesses zijn. Bonds doen daarnaast ook daadwerkelijk wat, zo kun je later activiteiten met ze kunnen ondernemen, en als de Bond sterk genoeg is kunnen ze zelfs met je mee op avontuur.
De enorme wereld van Azuma
Buiten de dorpen ben je de wereld aan het verkennen, materialen aan het verzamelen en de vele monsters die rondlopen aan het bevechten (waarbij je natuurlijk ook loot krijgt). De vele side-quests in game hebben hier dan ook mee te maken, “verzamel x dit, verkoop x dat, versla x monsers” Simpel, maar het werkt. De wereld is daarnaast enorm groot, vol met geheimen. Niet alleen heeft elk gebied meerdere kleine dungeons met een eindbaas aan het einde, ook is er een ‘bovenwereld’, een stuk met zwevende eilanden welke je uiteindelijk ook kunt ontdekken.

Gevechten en EXP
Het gevecht systeem lijkt op het eerste gebied uitgebreid, maar dit valt best mee. Er zijn verschillende soorten wapens, maar meer dan een paar gevechtscombo’s met verschillende knoppen komt het niet. Wel zijn de combinaties interessant. Je kunt twee verschillende wapens bij je hebben die on-the-fly kunt wisselen, naast een ‘heilig’ instrument, die voor speciale aanvallen zorgt. Dit gecombineerd met de drie partymembers die je mee op avontuur kunt nemen zorgt ervoor dat er ook nog wat party-building inzit. Het is allemaal een stuk simpeler dan traditionele RPG’s, maar een build maken om de minpunten van een baas uit te buiten is uiteindelijk wel echt nodig.
De manier waarop Rune Factory zijn EXP gebruikt is ook interessant. Naast de gevechten waar je gewoon ‘lvl exp’ krijgt, verzamel je aan het eind van de dag EXP voor wat je gedaan hebt. Deze kun je in verschillende Skill Trees uitgeven, sommige als ‘specifieke EXP’ en andere als ‘globale’. Ik vind dit een leuk systeem: het beloont je voor wat die je dag gedaan hebt, maar geeft je ook de mogelijkheid om beter te worden in aspecten waar je nog niet mee bezig bent geweest.
Hoe draait de game op de Switch?
Grafisch gezien oogt de game prima. Het loopt over het algemeen soepel, al heeft het in de wat drukkere gebieden wat moeite met het consistent houden van frames. Dit is echter wel een probleem dat zich alleen in dorpen lijkt weer te geven, tijdens gevechten heb ik het nog niet gezien. Na een aantal andere JRPG’s op de Switch gespeeld te hebben (ik kijk naar jouw, Xenoblade) is het design wel wat aan de simpele kant, maar het doet wat het moet doen.
De gebieden zijn simpel weergegeven en alle onderdelen dat je kunt oppakken of verzamelen zijn duidelijk te zien. Je kunt hierdoor heel efficiënt spelen, iets wat doorstraalt in de manier waarop de mini-map wordt weergegeven. Alles staat hierop aangegeven, van de vijanden die er in het gebied zijn tot elke resource die er te vinden valt. De game ligt daarnaast bezaait met fast-travel punten, welke je op elk moment tijdens je reis kunt gebruiken. Tijd is hierdoor ook geen belangrijke factor meer: op elk moment kun je daadwerkelijk naast je bed teleporteren en gaan slapen.

Wat vinden de fans ervan?
Wel vraag ik me hierdoor af in hoeverre ‘fans’ van Rune Factory deze nieuwe gameplay kunnen waarderen. Het is duidelijk dat er meer tijd is vrijgemaakt voor het Action-RPG onderdeel, en alhoewel ik het management gedeelte een fijne toevoeging vind vraag ik me af hoeveel mensen het ‘cozy farming’ gedeelte gaan missen. Het is niet alsof het er niet inzit, het is door de automatisering alleen niet nodig om zelf te doen. De game is daarnaast gewoon vreselijk ‘efficiënt’, het probeert elke hobbel die het kan verzinnen al voor je uit de weg te nemen. Maar verbeter je daardoor de gameplay of maak je het gewoon te makkelijk?


![[Release Radar] Deze games verschijnen er in week 51](https://dailynintendo.nl/wp-content/uploads/2025/06/Release-Radar-Switch-2-2-238x178.png)



